Paragraaf financiering

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Omschrijving (toelichting)

In deze paragraaf geven we inzicht in het financieringsbeleid. De belangrijkste taak van de treasury functie is zorgen voor voldoende financiële middelen om de gemeentelijke taken naar behoren uit te kunnen oefenen. Daarbij worden de kosten zo laag mogelijk gehouden en risico’s beperkt. De wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) vormt de basis voor het uitvoeren van de treasury functie. Het wettelijk kader is verder uitgewerkt in het treasury statuut. Hierin staan de doelstellingen, verantwoordelijkheden, bevoegdheden en de administratieve organisatie rond het beheer van de liquiditeiten van de gemeente op korte en lange termijn.

Renteontwikkelingen

Terug naar navigatie - Renteontwikkelingen

Omschrijving (toelichting)

De rentetarieven zijn gestegen en daar is in deze begroting rekening mee gehouden, namelijk 4% voor de leningen voor nieuwe investeringen. De ontwikkelingen rond het rentebeleid houden we scherp in de gaten omdat de hoogte van de rente mede bepaalt of we kortlopend of langlopend geld aantrekken als het aantrekken van geld noodzakelijk is. 

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Omschrijving (toelichting)

Schatkistbankieren betekent dat een gemeenten haar overtollige middelen belegt in de schatkist bij het ministerie van Financiën. Dit houdt in dat geld en vermogen niet langer bij bijvoorbeeld banken buiten de schatkist mogen worden aangehouden. Overtollige middelen mogen alleen in rekening-courant en via deposito’s bij de schatkist worden aangehouden of onderling worden uitgeleend aan andere decentrale overheden. De schatkist biedt geen leen- of roodstandfaciliteit aan. Voor het betalingsverkeer blijven gemeenten aangewezen op het bankwezen. Daarom is schatkistbankieren beperkt tot schatkistbeleggen.

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

Omschrijving (toelichting)

Ter beperking van renterisico’s op de kortlopende schulden moeten gemeenten voldoen aan de kasgeldlimiet. Kortlopende schulden mogen maximaal 8,5% van het begrotingstotaal bedragen.  Uitgaande van een begrotingstotaal (totaal lasten 2025 excl. dotaties aan reserves) van € 51.872.000 bedraagt de kasgeldlimiet in 2025 € 4.409.120.

Renterisiconorm

Terug naar navigatie - Renterisiconorm

Het uitgangspunt van de renterisiconorm is het beheersen van de renterisico’s op langlopende schulden. Dit gebeurt door het aanbrengen van spreiding in de looptijden van de leningen. Hiermee wordt voorkomen dat een groot deel van de leningen tegelijk opnieuw moet worden afgesloten, met het risico van snel oplopende rentelasten. De leningenportefeuille moet gelijkmatig over de jaren vervallen. De renterisiconorm is bepaald op 20% van het begrotingstotaal. Dat wil zeggen dat de jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. In de volgende tabel wordt de prognose van het renterisico vergeleken met de renterisiconorm. Naast de kasgeldlimiet en de renterisiconorm wordt ook gekeken naar de omvang van de rentedruk van de schulden van de gemeente door dit uit te drukken in de netto schuldquote. Conform BBV is een toelichting op deze netto schuldquote opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Tabel 7.0 Renterisiconorm

Bedragen x € 1.000

Rekening 2023 Primitieve begroting 2024 Begroting na wijzigingen 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Renteherzieningen
Aflossingen 1.960 1.475 1.475 1.180 1.186 1.192 1.198
Renterisico 1.960 1.475 1.475 1.180 1.186 1.192 1.198
Begrotingstotaal (totaal lasten) 43.077 43.177 43.550 51.872 47.843 45.763 46.726
Percentage regeling 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2
Renterisiconorm 8.615 8.635 8.710 10.374 9.569 9.153 9.345
Ruimte onder renterisiconorm 6.655 7.160 7.235 9.194 8.383 7.961 8.147
Overschrijding renterisiconorm

Het renterisico blijft ruim binnen de maximale renterisiconorm. We verwachten dat dit de komende jaren zo blijft.

Renteberekening

Terug naar navigatie - Renteberekening

Rente is een onderdeel van de kostprijs van een product. Vandaar dat rentelasten toegerekend worden aan producten. In het volgende overzicht geven wij inzicht in de rentelasten over 2025 en de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden (exploitatie) wordt toegerekend.

Tabel 7.1 Renteresultaat

Bedragen x € 1.000

0 0 Begroting 2025
Externe rentelasten over de korte en lange financiering 800
Externe rentebaten - 116
Totaal door te berekenen externe rente 684
Rente toe te rekenen aan grondexploitaties - 0
Rente projectfinanciering toe te rekenen aan betreffende taakveld - 236
Rentebaten van doorverstrekte leningen indien daar projectfinanciering voor is aangetrokken + 87
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente 536
Rente over eigen vermogen + 0
Rente over voorzieningen + 0
Aan taakvelden toe te rekenen rente (1,38%) 536
Werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag: 1,5%) - 583
Renteresultaat op het taakveld treasury - 46

We berekenen over de reserves en voorzieningen geen rente. Er is projectfinanciering aangetrokken voor: 

  • Leningen die zijn door verstrekt aan Wocom (woningbouw);
  • Leningen die zijn door verstrekt aan Stichting HSLnet (glasvezelnetwerk);
  • Centrumplan Leende. 

EMU-saldo

Terug naar navigatie - EMU-saldo

Voor landen die deelnemen aan de Europese Monetaire Unie (EMU) gelden Europese begrotingsvoorschriften waaronder de zogenaamde EMU-normen. De EMU-normen stellen limieten aan de overheidsschuld van een land. De jaarlijkse groei van de netto overheidsschuld, ook wel het financieringstekort of EMU-saldo genaamd, mag in een jaar niet meer bedragen dan 3% van de omvang van de economie (bruto binnenlands product). 

Ook gemeenten en hun gemeenschappelijke regelingen vallen onder de Nederlandse overheid. De schulden van de gemeenten en de jaarlijkse groei van deze schulden tellen mee in de EMU-schuld en het EMU-saldo van de Nederlandse overheid.
Decentrale overheden moeten het EMU-saldo berekenen, zodat op macroniveau het EMU-saldo voor Nederland kan worden bepaald. Ons EMU-saldo voor de begroting 2025-2028 is in het volgende overzicht berekend.

Tabel 7.2 EMU-saldo

Bedragen x € 1.000

Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatiesaldo vóór mutaties reserves (zie BBV, artikel 17c) + -715 -1.469 -1.958 -55 59
Mutatie (im-)materiële vaste activa - 938 -2.630 7.000 2.000 9.000
Mutatie voorzieningen + -2.060 3.671 1.308 1.491 1.435
Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) - -116 0 0 0 0
Berekend EMU-saldo -3.597 4.832 -7.651 -564 -7.505

Het toegestane EMU-saldo voor de gemeente Heeze-Leende voor 2025 was ten tijde van het opstellen van de begroting nog niet bekend. Het cijfer voor 2025 wordt pas gepubliceerd bij de septembercirculaire 2024.