Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Omschrijving (toelichting)

De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing geeft inzicht in de robuustheid en weerbaarheid van de gemeentelijke begroting. Het weerstandsvermogen is de relatie tussen bekende risico’s en de weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit bestaat uit de mogelijkheden en de middelen die de gemeente heeft (of kan hebben) om onvoorziene kosten op te vangen. In hoeverre de gemeente in staat is om financiële tegenvallers op te vangen hangt af van:
•    De risico’s met mogelijke financiële gevolgen die de gemeente loopt. Deze bepalen het benodigde weerstandsvermogen;
•    De middelen die de gemeente vrij kan maken om risico’s op te vangen. Deze bepalen de beschikbare weerstandscapaciteit.

In deze paragraaf worden de belangrijkste risico’s en de beschikbare weerstandscapaciteit in beeld gebracht en wordt het weerstandsvermogen van de gemeente bepaald.

Uitgangspunten (beleid)

Terug naar navigatie - Uitgangspunten (beleid)

Omschrijving (toelichting)

De risico’s worden bij de begroting en de jaarrekening geïnventariseerd en geactualiseerd. Ook bij de tussentijdse besluitvorming worden de risico’s in beeld gebracht en, voor zover er risico’s aanwezig zijn, worden deze benoemd en gekwantificeerd. Indien mogelijk worden beheersmaatregelen getroffen. Door al in een vroeg stadium na te denken over de mogelijke risico's van bepaald beleid zijn deze nog te voorkomen of kunnen eventuele ongewenste gevolgen worden beperkt. Risicomanagement is voor de gemeente geen doel op zich, maar is een hulpmiddel bij het bereiken van de gemeentelijke doelen. 

De gemeente Heeze-Leende wil een structureel financieel gezonde organisatie zijn. Daarom wordt uitgegaan van een verantwoord financieel beleid als fundament voor een gezond weerstandsvermogen. In de uitvoering worden hierbij de volgende uitgangspunten gehanteerd:

•    Een reëel en structureel sluitende (meerjaren)begroting;
•    Onderhoudsvoorzieningen van voldoende omvang;
•    Beheerste ontwikkeling van lokale lasten (indien mogelijk geen lastenverhoging voor inwoners en bedrijven);
•    De begroting heeft jaarlijks ruimte voor onvoorziene kosten (eenmalig en structureel);
•    Een weerstandscapaciteit van voldoende omvang om de risico’s op te kunnen vangen.

Risico's

Terug naar navigatie - Risico's

Omschrijving (toelichting)

Om de minimale omvang van het weerstandsvermogen te kunnen bepalen is het nodig om de belangrijkste risico’s in beeld te brengen. Voor het voorkomen of verminderen van de gevolgen van risico’s worden veelal beheersmaatregelen getroffen of zijn middelen geraamd of gereserveerd. Bij de inventarisatie van risico’s gaat het dan ook om risico’s die resteren: risico’s die niet zijn afgedekt in de exploitatie, waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen en waarvoor we geen bestemmingsreserves hebben gevormd.

Voor de begroting 2024 zijn de risico’s geactualiseerd. Hierbij ligt de nadruk op de belangrijkste risico’s. Voor elk risico is een inschatting gemaakt van de kans van optreden van het risico en het financiële gevolg als het risico zich daadwerkelijk zou voordoen. Dit resulteert in een risicobedrag. 

Risico’s met een geringe impact zijn niet afzonderlijk benoemd. Voor het opvangen van de kleinere risico’s wordt, evenals in voorgaande jaren, een risicobedrag van € 200.000 aangehouden. Risico’s die opgevangen worden door bijvoorbeeld afgesloten verzekeringen, (project)budgetten, voorzieningen of bestemmingsreserves worden niet in deze paragraaf opgenomen.

Overzicht geïnventariseerde en gekwantificeerde risico's

Terug naar navigatie - Overzicht geïnventariseerde en gekwantificeerde risico's

Tabel 6.0 Op te vangen risico’s

Bedragen x € 1.000

Nr. Risico Risicobedrag 2025 Risicobedrag 2026 Risicobedrag 2027 Risicobedrag 2028
(november 2024) (november 2024) (november 2024) (november 2024)
1 Garantstelling De Bulders Woningbouw C.V. 400 400
2 Overige garantstellingen en verstrekte leningen 683 683 683 683
3 Rampenbestrijding bij grote rampen 50 50 50 50
4 Calamiteiten informatiebeveiliging 300 300 300 300
5 Ontbrekende risicoreserves gemeenschappelijke regelingen (o.a. GRSA2 € 204K) 500 500 500 500
6 Levering van aardgas en elektriciteit 50 50 50 50
7 Afhankelijkheid van de wereldmarktprijzen in de methodiek afvalkostendekkendheid PM PM PM PM
8 Bosonderhoud geschiedt door middel van subsidies en die lopen tot en met 2026 88 88
9 Jeugdzorg 120 120 120 120
10 Verantwoording subsidievereisten Regiodeal inzake Berkenschutse 1250 1250 1250
11 Bestendigen sociale cohesie/ dorpshuizen PM
Totaal grootste risico’s 3.353 3.353 3.041 1.791
12 Overige risico’s 200 200 200 200
Totaal risico’s 3.553 3.553 3.241 1.991
Correctie voor het tegelijkertijd optreden van risico’s 90% 90% 90% 90%
Totaal op te vangen risico’s 3.198 3.198 2.917 1.792

We gaan ervan uit dat niet alle risico’s zich tegelijkertijd voordoen en om aan dit spreidingsrisico invulling te geven, hanteren we een percentage van 90% over het totaal berekende risicobedrag. Dat brengt het totaal van de risico’s voor 2025 op € 3.198.000.

Toelichting op de geïnventariseerde risico's

Terug naar navigatie - Toelichting op de geïnventariseerde risico's

Omschrijving (toelichting)

1.    Garantstellingen Bulders woningbouw C.V.
De gemeente Heeze-Leende staat door het verstrekken van een akte van borgtocht 100% garant voor de leningen die De Bulders Woningbouw C.V. heeft aangetrokken voor de aankoop van de gronden van de gemeente. Hier tegenover heeft de gemeente hypothecaire zekerheid op de gronden ontvangen. 

De gemeente Heeze-Leende brengt voor de garantstelling een marktconforme vergoeding van 0,55% in rekening bij De Bulders Woningbouw C.V. Over de aangesproken kredietfaciliteit inclusief aangegane leningen zal de financier rente bij De Bulders Woningbouw C.V. in rekening brengen. Om aan bovenstaande uitvoering te kunnen geven dient de directie van de Bulders Woningbouw C.V. deze rentenota’s steeds direct aan de gemeente Heeze-Leende beschikbaar te stellen.

De gemeente Heeze-Leende loopt het risico dat de garantstelling door de bank wordt ingeroepen bij de gemeente. Het gaat in totaal om een garantstelling van maximaal € 16 miljoen kredietfaciliteit. Dit kan naar verwachting in 2025 verlaagd worden naar € 4 miljoen kredietfaciliteit. We achten een kans van 10% reëel, zodat het risico van het daadwerkelijk voordoen ligt op € 0,4 miljoen. Daarbij is rekening gehouden met de zekerheden die zijn gesteld.

2.    Overige garantstellingen en verstrekte leningen 
De gemeente Heeze-Leende staat nog garant voor een drietal leningen van het Hypotheekfonds voor Overheidspersoneel (afgekort HvO) waarvan de schuldrest eind 2023 nog € 487.000 bedroeg. Dit zijn de lopende hypotheekleningen bij HvO en rechtstreekse verstrekkingen. 

Onze gemeente heeft diverse garantstellingen afgegeven en leningen verstrekt om maatschappelijke doeleinden mogelijk te maken. Het risico bestaat dat deze garantstellingen worden aangesproken op het moment dat de organisatie of vereniging/stichting waarvoor de garantstelling is afgegeven niet aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. Ook loopt onze gemeente het risico dat de door haar verstrekte leningen niet kunnen worden terugbetaald. De grootste leningen zijn aan Wocom en stichting HSLnet verstrekt.

Het risico bij de aan Wocom verstrekte leningen met een restschuld op eind 2023 van € 1,4 miljoen is minimaal omdat het door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) gewaarborgde leningen betreft. WSW neemt de betaalverplichtingen voor een lening over wanneer de corporatie (ondanks de voordelige financieringsvoorwaarden) de rente en aflossing op een door WSW geborgde lening niet meer kan betalen. Alleen als WSW deze betaalverplichting niet uit de in de zekerheidsstructuur kan voldoen, moeten rijk en gemeenten bijspringen. WSW is nog nooit aangesproken op de borg en schat het risico van de gemeenten en het Rijk in als zeer klein, of zelfs theoretisch. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) behartigt de belangen van de gemeenten richting WSW.

In het kader van de financiering van de aanleg van een glasvezelnetwerk in zowel de kernen als in het buitengebied zijn er een aantal leningen met een totaal van 7 miljoen verstrekt aan de Stichting HSLnet. De restschuld van deze leningen bedraagt eind 2023 nog € 5,0 miljoen. 
Het beheer en onderhoud en een deel van de exploitatie van het netwerk is ondergebracht bij Simac Techniek uit Veldhoven. Simac Techniek staat (nog gedurende een periode van 3 jaar) garant voor het aflossen van het lening deel van € 4,8 miljoen tot een restschuld van € 2,5 miljoen. Ook is de exploitatie van het glasvezelnetwerk behoudend van opzet en laat de komende 20 jaar voldoende ruimte voor aflossing van de lening en betaling van de rente. De exploitatie draait op dit moment probleemloos en er zijn geen signalen dat dit op korte termijn wijzigt. 

Tien procent van alle garantstellingen en leningen samen wordt meegenomen als risico. Ultimo 2023 bedraagt dit € 6,9 miljoen en tien procent daarvan zien we als risico en dit komt neer op € 0,7 miljoen.

3.    Rampenbestrijding bij grote rampen
Een incident of ramp is moeilijk te voorspellen. Wat we wel weten is dat een heide- of bosbrand regelmatig voorkomt. In 2010 heeft er een grote heidebrand plaatsgevonden op de Strabrechtse Heide. Een deel van de kosten van de inzet van de brandweer wordt afgewenteld op de gemeente en is niet te verhalen. Deze kosten kunnen aanzienlijk zijn als zich zo’n ramp voordoet (kan oplopen tot € 500.000). De kans hierop is echter gering (10%). We schatten dit risico daarom op € 50.000.

4.    Calamiteiten informatiebeveiliging
De gemeente is het afgelopen decennium steeds meer een informatiebeheerder, -gebruiker en -leverancier geworden. Wij verzamelen, beheren en gebruiken informatie over onze inwoners en ondernemers die van belang is voor onze wettelijke dienstverleningstaken. Wij zijn de beheerder van een groot aantal authentieke basisregistraties en leverancier van betrouwbare en beveiligde informatie naar andere overheden. Informatie beheer is daarmee een van onze kerntaken geworden. Onze inwoners en ondernemers moeten er daarbij vanuit kunnen gaan dat wij met die persoonlijke en vertrouwelijke informatie verantwoordelijk omgaan. 
De risico’s van informatiebeveiliging door bijvoorbeeld hacking, phishing of ongeautoriseerd gebruik van onze systemen of datalekken nemen toe en de mogelijke gevolgen ervan worden ernstiger. Heeze-Leende conformeert zich aan de beveiligingsmaatregelen zoals genoemd in de BIO (Baseline Informatiebeveiliging Overheid). Via de auditverplichting ENSIA legt de gemeente hierover verantwoording af.


5.    Ontbrekende risicoreserves gemeenschappelijke regelingen
Een aantal gemeenschappelijke regelingen heeft geen risicoreserve om mogelijk onverwachte financiële tegenvallers op te kunnen vangen. Het risicobedrag is gesteld op € 0,5 miljoen mede beïnvloed door de gemeenschappelijke regeling van GRSA2 en de lasten die daar doorheen lopen en de geldende verdeelsleutels met gemeente Cranendonck en gemeente Valkenswaard.  

6.    Levering van aardgas en elektriciteit
Door de voortdurende oorlog tussen Rusland en Oekraïne en de spanningen in het Midden-Oosten blijft de energiemarkt gespannen en grillig. Hierdoor is het moeilijk de prijzen voor elektriciteit en gas op langere termijn in te schatten en dit maakt het begroten van kosten voor de levering gas en elektriciteit lastig. Desondanks is de schommeling van prijzen een regulier onderdeel van de markt geworden en kan het risico verlaagd worden ten opzichte 2024. Het risico kan worden teruggebracht naar € 50.000.


7.    Afhankelijkheid van de wereldmarktprijzen in de methodiek afvalkostendekkendheid
De tijd is voorbij dat Nederland kan meedeinen op voor ons land gunstige internationale verhoudingen. Het zal kostbare inspanningen moeten plegen om overeind te blijven in een turbulenter, grimmiger wereld die langs drie assen (machtspolen, tonelen van machtsuitoefening, wereldbeelden) fragmenteert. Mogelijk dat het ook het verdienvermogen en de open markten raakt en dat dit de wereldmarktprijzen beïnvloedt. 

8.    Bosonderhoud geschiedt door middel van subsidies
Op dit moment worden de bossen onderhouden door middel van subsidies en deze lopen nog door tot en met 2026 en moeten opnieuw worden aangevraagd. Gemeente Heeze-Leende heeft de verplichting om de gebieden te beheren en onderhouden en zal eventueel op zoek dienen te gaan naar financiële middelen om dit te bekostigen (Bron: Nota Bossen en Natuurterreinen 2024-2034).

9.    Jeugdzorg
Uit het kostprijsonderzoek is gebleken dat het inkooptarief Jeugdzorg Plus binnen de 21 samenwerkende gemeenten erg laag is vergeleken met de landelijke standaard. De aanbieders hebben aangegeven in financiële problemen te komen als de tarieven niet worden verhoogd. De verwachting is daarom dat de tarieven met terugwerkende kracht voor 2024 aangepast worden. De hoogte van het nieuwe tarief is op dit moment nog onzeker. Voor 2025 en verder verwachten we een significante verhoging van het dagtarief. Hierover wordt nog op landsdeelniveau gesproken. De financiële impact hiervan op de begroting is op dit moment nog onduidelijk. Zodra hier meer informatie over is, volgt een voorstel vanuit de regio.
Een van onze subsidiepartners, die jeugdprofessionals levert, heeft aangegeven dat de huidige tarieven vanaf 2025 niet kostendekkend zijn. Op dit moment is niet duidelijk wat de financiële impact is voor 2025, gesprekken hierover lopen nog. Het financieel risico ligt tussen € 60.000 en € 130.000,--. In de begroting is rekening gehouden met 50% van de totale kosten. 

10.    Verantwoording subsidievereisten Regiodeal inzake Berkenschutse
Naar verwachting wordt een bijdrage ontvangen van de Regiodeal voor een financiële bijdrage een Berkenschutse. De hoogte van de bijdrage is nog niet duidelijk. Vanuit de projectgroep wordt aangegeven dat de subsidievereisten fors zijn en ingeval hieraan niet voldaan kan worden, dit financiële gevolgen met zich mee kunnen brengen. Om die reden is de minimale bijdrage die nodig is om het project te bewerkstelligen opgenomen als financieel risico en verdeeld over drie jaar. Ingeval duidelijk wordt dat niet kan worden voldaan aan de subsidievereisten kan gedurende de bouw gezocht worden naar andere subsidieverstrekkers.

11.    Bestendigen sociale cohesie/ accommodaties
Om invulling te geven aan het deel van het raadsprogramma dat gaat over het bestendigen van de sociale cohesie vindt een oriëntatie plaats waarbij nader wordt gekeken of en welke versterking nodig is ten aanzien van dorpshuizen.

12.    Overige risico’s
Naast bovengenoemde belangrijke risico’s heeft onze gemeente ook te maken met andere risico’s, zoals renterisico’s, bodemverontreiniging, wijzigingen in wetgeving met mogelijk financiële gevolgen, onvoorziene tegenvallers bij verbonden partijen, ontwikkelingen algemene uitkering gemeentefonds (bijvoorbeeld als gevolg van beleidskeuzes van het nieuwe kabinet) en dergelijke. We zien dat projecten die in het verleden zijn vastgesteld soms meerdere jaren zijn doorgeschoven. Redenen van het uitstel zijn divers van aard. Als gevolg van renteontwikkelingen kan dat een budgettair effect hebben. Deze risico’s hebben we niet afzonderlijk benoemd en gekwantificeerd, maar hiervoor wordt een jaarlijks gelijkblijvend risicobedrag aangehouden van € 200.000.

Weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden die de gemeente heeft om niet begrote kosten, die onverwacht en substantieel zijn, op te vangen. Hierbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Incidentele weerstandscapaciteit is het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen, zonder dat dit invloed heeft op de uitvoering van taken op het huidige niveau. Structurele weerstandscapaciteit omvat de middelen die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de programma’s. De weerstandscapaciteit van de gemeente Heeze-Leende is als volgt opgebouwd:

Tabel 6.1 Beschikbare weerstandscapaciteit

Bedragen x € 1.000

Omschrijving Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025
Algemene reserve 4.947 4.415 6.008
Bestemmingsreserves (vrij besteedbaar) 1.541 1.444 550
Post onvoorzien 15 30 32
Rekeningresultaat voor bestemming/begrotingsruimte (positief saldo) 487 0 43
Stille reserves 0 0 0
Totaal incidentele weerstandscapaciteit 6.990 5.889 6.633
Onbenutte belastingcapaciteit 2.606 2.163 2.174
Totaal structurele weerstandscapaciteit 2.606 2.163 2.174
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit 9.596 8.052 8.807

Toelichting op de weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Toelichting op de weerstandscapaciteit

Algemene reserve
De algemene reserve is bestemd voor het afdekken van financiële tegenvallers. Naar verwachting bedraagt de reserve eind 2024 € 4.947.000.

Bestemmingsreserves
Bestemmingsreserves worden door de raad gevormd en hebben een specifieke bestemming gekregen. Indien de raad nog vrij kan besluiten over de bestemming van de reserve, dan kan dit deel worden ingezet voor de beschikbare weerstandscapaciteit.

Post onvoorzien
De post onvoorzien is een buffer voor onvoorziene uitgaven in een jaar. In de exploitatie neemt onze gemeente in de begroting jaarlijks € 32.000 op.

Rekeningresultaat/begrotingsruimte
Het rekeningresultaat is vrij inzetbaar voor de raad. Als de begroting sluit met een positief saldo dan is sprake van begrotingsruimte. In onze begroting wordt deze begrotingsruimte verwerkt op de post begrotingsresultaat. Deze kan ingezet worden voor financiële tegenvallers.

Stille reserves
Als activa zijn gewaardeerd onder de opbrengstwaarde dan is sprake van een stille reserve. Voor de bepaling van de weerstandscapaciteit is het van belang dat de activa, waarin een stille reserve besloten ligt, direct verkoopbaar zijn. Bij verkoop van deze activa ontstaan winsten die eenmalig vrij inzetbaar zijn. Gedacht kan worden aan woonhuizen die verhuurd worden, reststroken en bossen. In onze gemeente is geen actueel overzicht beschikbaar van alle aanwezige stille reserves. Het afdekken van risico’s door het inzetten van stille reserves brengt mogelijk ongewenste situaties met zich mee. We tellen deze daarom niet mee in de weerstandscapaciteit.

Onbenutte belastingcapaciteit
Als minimumbedrag voor een maatschappelijk aanvaardbare hoogte van de onroerendezaakbelastingen, afvalstoffenheffing en rioolheffing wordt het zogenaamde redelijke peil gehanteerd.
De gemeente kan haar belastingcapaciteit verhogen om financiële tegenvallers op te vangen. Bij de berekening van de onbenutte belastingcapaciteit wordt uitgegaan van de opbrengsten die gehaald zouden kunnen worden indien de tarieven zouden worden gebaseerd op het in de Financiële verhoudingswet (artikel 12) genoemde redelijke peil. Het bedrag dat de gemeente minder ontvangt dan bij toepassing van het redelijke peil, wordt aangemerkt als de onbenutte belastingcapaciteit. Een vergelijking van de in deze begroting opgenomen belastingopbrengsten met de maximale inkomsten bij toepassing van het redelijke peil levert het volgende resultaat:

Tabel 6.2 Onbenutte capaciteit

Bedragen x € 1.000

Belastingsoort Inkomsten 2025 Maximale inkomsten Onbenutte capaciteit
Onroerendezaakbelastingen 4.738 6.912 2.174
Afvalstoffenheffing 1.845 1.845 0
Rioolheffing 2.720 2.720 0
Totaal 9.303 11.477 2.174

Het minimaal te hanteren tarief voor toelating tot artikel 12 bedraagt volgens de meicirculaire 2024 0,1595%.  Hiermee zijn de maximale inkomsten berekend. 

Weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen

Omschrijving (toelichting)

Het weerstandsvermogen is de relatie tussen de weerstandscapaciteit (de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken) en alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. Het weerstandsvermogen wordt uitgedrukt in een ratio weerstandsvermogen. Die ratio geeft de verhouding weer tussen de financieel gekwantificeerde risico’s en de daarbij horende benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit.

Beschikbare middelen Bekende risico's              
↓  ↓ 

Beschikbare weerstandscapaciteit
€ 8.807.000

Benodigde weerstandscapaciteit   
€ 3.198.000
↓  ↓ 
Weerstandsratio:
2,8
(= € 8.807.000/3.198.000)

 

Door onze toezichthouder (de provincie Noord-Brabant) en het Rijk zijn geen normen met betrekking tot het weerstandsvermogen vastgesteld. Wij streven in het kader van een structureel financieel gezonde organisatie naar een ratio weerstandsvermogen van minimaal 1,5. Dit staat voor een weerstandsvermogen dat ruim voldoende is en wil zeggen dat de weerstandscapaciteit 1,5 keer zo groot is dan de risico’s. Hierbij wordt de normeringssystematiek voor weerstandsvermogen gehanteerd, dat ontwikkeld is door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR) in samenwerking met de universiteit Twente.  Zij hanteren de volgende waarderingstabel ratio weerstandsvermogen.

Tabel 6.3 Waarderingscijfers weerstandsvermogen

Waarderingscijfer Ratio Betekenis
A x > 2,0 Uitstekend
B 1,4 < x < 2,0 Ruim voldoende
C 1,0 < x < 1,4 Voldoende
D 0,8 < x < 1,0 Matig
E 0,6 < x < 0,8 Onvoldoende
F x < 0,6 Ruim onvoldoende

De ratio weerstandsvermogen van de gemeente Heeze-Leende is groter dan 2 en daarmee te kwalificeren als uitstekend.

Omschrijving (toelichting)

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing bevat op basis van nieuwe verantwoordingsregels vanaf de begroting 2017 vijf financiële kengetallen. De berekenwijze van de kengetallen is vastgelegd in een ministeriële regeling. Mede op basis van deze kengetallen dient de paragraaf een analyse te geven van de financiële positie van de gemeente. Er zijn geen landelijke normen voor de kengetallen omdat deze erg afhangen van de lokale situatie.


Tabel 6.4 Financiële kengetallen 

Kengetal 0 Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028 Veilige zone Onveilige zone
1a Netto schuldquote 47% 107% 67% 86% 88% 102% < 130% > 130%
1b Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 28% 88% 60% 79% 80% 95% < 130% > 130%
2 Solvabiliteitsratio 30% 19% 24% 22% 21% 18% > 20% < 20%
3 Grondexploitatie 1% 0% 0% 0% 0% 0% < 10% > 10%
4 Structurele exploitatieruimte 0% -1% -2% -4% 0% 1% > 0% < 0%
5 Belastingcapaciteit 102% 110% 106% 106% 105% 105% < 100% > 100%

1. Netto schuldquote
De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de gemeentelijke schuldenlast ten opzichte van de eigen middelen. Het geeft zodoende een indicatie in welke mate de rentelasten en aflossingen op de exploitatie drukken.

Omdat bij leningen er onzekerheid kan bestaan of ze allemaal terug worden betaald, is bij de berekening van de netto schuldquote onderscheid gemaakt door het kengetal te berekenen, zowel inclusief als exclusief de doorgeleende gelden. Op die manier is duidelijk wat het aandeel van de verstrekte leningen in de exploitatie is en ook wat dat betekent voor de schuldenlast. De wijze waarop de netto schuldquote gecorrigeerd voor de doorgeleende gelden wordt berekend is gelijk aan de netto schuldquote, met dien verstande dat bij de financiële activa ook alle verstrekte leningen zijn opgenomen.

Een laag percentage is gunstig. De VNG adviseert om 130% als maximum norm te hanteren voor de netto schuldquote en daarboven de schuld af te bouwen.


2. Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan zijn financiële verplichtingen te voldoen. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen als percentage van het totale balanstotaal. Het eigen vermogen van een gemeente bestaat uit de algemene reserve, de bestemmingsreserves en het resultaat uit het overzicht van baten en lasten. Hoe hoger dit percentage, hoe gunstiger dit is voor de financiële weerbaarheid van de gemeente.


3. Grondexploitatie
Dit kengetal geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale (geraamde) baten. Voor de berekening van dit kengetal worden de niet in exploitatie genomen gronden en de bouwgrond in exploitatie bij elkaar opgeteld en gedeeld door de totale baten uit de begroting of jaarstukken en uitgedrukt in een percentage. De boekwaarde van de voorraden grond moet worden terugverdiend bij de verkoop. Kenmerkend voor grondexploitaties is dat de looptijd meerdere jaren is. Naarmate de inkomsten verder in de toekomst liggen, brengt dit meer rentekosten en risico’s met zich mee. Een grondexploitatie van 10% of hoger wordt beschouwd als kwetsbaar.


4. Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal is van belang om te kunnen beoordelen welke structurele ruimte een gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt thans het onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. De structurele exploitatieruimte wordt bepaald door het saldo van de structurele baten en lasten en het saldo van de structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves gedeeld door de totale baten en uitgedrukt in een percentage. Wanneer dit cijfer negatief is, betekent het dat het structurele deel van de begroting onvoldoende ruimte biedt om de lasten te blijven dragen.


5. Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht hoe de belastingdruk in de gemeenten zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde. De definitie van het kengetal belastingcapaciteit is: Woonlasten meerpersoonshuishouden in jaar t (het begrotingsjaar) ten opzichte van het landelijk gemiddelde uitgedrukt in een percentage. Onder de woonlasten die de belastingdruk vormen, wordt verstaan de onroerendezaakbelasting, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen, wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden) publiceert ieder jaar deze lasten in de ‘Atlas van de lokale lasten’.
Als dit percentage laag ligt, betekent het dat de gemeente meer inkomsten uit belastingen zou kunnen verwerven.

Financiële positie

Terug naar navigatie - Financiële positie

Omschrijving (toelichting)

De begroting 2025 is financieel in evenwicht. Voor 2026 wordt een begrotingstekort voorzien, mede als gevolg van lagere rijksbijdragen vanuit het gemeentefonds. Voor de jaren daarna is het beeld in evenwicht. Om de financiële positie van de gemeente te beoordelen is het ook van belang om in samenhang te kijken naar het weerstandsvermogen en de financiële kengetallen. De weerstandscapaciteit is dusdanig dat er financiële ruimte is om onverwachte tegenvallers tijdelijk op te vangen zonder directe financiële problemen. 

Mede door grote investeringen die op de planning staan en de terugval van de rijksbijdragen vanaf 2026 verwachten we dat de schuldpositie de komende jaren oploopt en de solvabiliteit de komende jaren afneemt. Het is van belang deze ontwikkeling goed te blijven volgen en bij de kadernota 2026 eventueel aanvullende maatregelen te nemen om de financiële positie te stabiliseren.